“everything a classic post-rock fan might want: luxurious builds, crushing crescendos and the most cavernous guitar work this side of GY!BE “A Closer Listen – UK.
2012. When putting three fine exponents of modern, forward-thinking ,and experimental music in the same room, the hope is that something a little special is going to be the result. Yodok III (Tomas Järmyr, Kristoffer Lo, Dirk Serries) is exactly that, all three recognizable by their contribution and yet forced to go beyond that by the other two. Yodok III is primarily a study in avant-garde, but elements of genres as diverse as jazz, (post)rock and even classical can be heard playing their part in this mind-bending tapestry.
Their debut LP (vinyl-only) was released to worldwide critical acclaim. Follow-up and epic double vinyl ‘THE SKY FLASHES, THE GREAT SEA YEARNS’ was released on January 16th, 2015. This release is a tour-de-force, over the course of just 3 days in the Sunny Side Inc. studio in Brussels (Belgium) Yodok III performed and recorded a set of 4 improvised pieces of sheer beauty, power, and harmony, bridging genres like post-rock, avantgarde, free-jazz and shoegaze into one harmonious glow of pure bliss. Reissued afterwards on Tonefloat in a beautiful 3cd box-set.
Yodok III is a live band, proof are their amazing passages at ROADBURN and DUNK! Festival 2016, concerts in Norway, Denmark, Germany and their well-received live albums on Consouling Sounds.
Live Impressions
“22/04/2022 (Roadburn Festival, Paradox, Tilburg NL) Het fantastische optreden van op Roadburn 2016 was voor velen een stimulus om YODOKIII (nog eens) aan het werk te zien. Het trio van Serries (gitaar), Kristoffer Lo (tuba en flügelhorn) en Thomas Järmyr (drums) bracht één lange geïmproviseerde compositie. Beginnend van delicaat geloopt koperspel, aangevuld door verre weidse gitaarlandschappen, werkte het trio zich tergend traag naar een uitzinnig kolkende climax van dronende tuba en heuse blastbeats. Dichter bij een echte spirituele ervaring zouden we het hele weekend niet meer komen. Mensen, wat een oplawaai.” ENOLA
“22/02/2019 (Oefenbunker, Landgraaf NL) Dat je nietsvermoedend een avondje Oefenbunker pikt. Als steun aan JazzBlazzt, een sympathiek initiatief dat provinciebreed geïmproviseerde muziek promoot en een podium biedt. En dat je dan wordt overreden door een muzikale tank. Een tank die zestig minuten daarvoor nog een zweefvliegtuigje was dat over het nietsvermoedende publiek dwarrelde. Enfin. Yodok III was in Landgraaf en dat hebben we geweten. Het was de naam Tomas Järmyr die me naar de zaal lokte. De Noorse drummer van (onder vele anderen) de psychedelische rockband Motorpsycho en één van de beste trommelaars van Europa. Samen met de Belgische gitarist en kunstenaar Dirk Serries en de Noorse tubaspeler Kristoffer Lo, vormt hij momenteel Yodok III. Tuba? Yes. En trompet. Waar het trio voor staat wordt in de Bunker al snel duidelijk: avantgarde, postrock en jazz. Als het dan toch in een hokje moet. Deels geïmproviseerd en gevangen in één lange track van een uur. Die begint rustig en beheerst in de ambient-modus maar groeit allengs uit tot een zwaar beukend monster met aan het slot een ongekende climax. Doom, jazz en noise verstrengelen zich gaandeweg op ingenieuze doch doeltreffende wijze, terwijl Lo zijn blaasinstrumenten via een doolhof aan effectapparatuur door zijn immense versterkers jaagt. Onderwijl voert Serries de spanning gaandeweg subtiel op, door laagje voor laagje meer vernuft en power toe te voegen. Toch is het Järmyr die de show steelt met een onnavolgbare drumpartij, waarin hij op adembenemende wijze blijk geeft thuis te zijn in de wereld van zowel free jazz en ambient aan de ene als ook metal en grindcore aan de andere kant van het spectrum. Waar niet iedere bezoeker in de aardig volgelopen Bunker zich aanvankelijk raad weet met de vreemde klanken op het podium, blijkt in het laatste kwartier zelfs de grootste twijfelaar niet opgewassen tegen de explosieve cocktail van creativiteit, energie, speltechniek én brute kracht. Hoewel niet iedereen na afloop lijkt te begrijpen waar hij of zij nu daadwerkelijk getuige van is geweest. Eén ding staat echter voort iedereen vast: veel intenser dat Yodok III gaat het dit jaar waarschijnlijk niet meer worden.” DE AFGROND
“24/01/2019 (Stuk, Leuven B) Bij Yodok III weet je intussen dat er vermoedelijk wordt toegewerkt naar een of meerdere climaxen, maar hoe je daar beland en hoe ze hun impact bereiken is elke keer weer een andere zaak. Ook nu waren er tweede forse bewegingen die het hele spectrum aanspraken, van zinderende ambient-klanken naar een woest wentelende muur van geluid vol loodzware akkoorden die meer hadden met het zware werk van Killing Joke dan de atmosferische referenties die vroeger al opdoken. Het was vooral ook een compacte set die uitblonk in variatie, want er ontspon zich een enorme rijkdom van motieven bij Kristoffer Lo (flugabone, tuba), die onderwatersirenes, digitaal gepruttel, glaciale kreten en Sigur Rós-achtige driften samensmeedde tot een mengelmoes van bijna symfonische proporties. Zeker in combinatie met de gitaargolven van Serries, die met strijkstok, EBow en zijn persoonlijke pedalenarsenaal zorgde voor een enorme verdieping. En dan is er natuurlijk centraal opgestelde drummer Tomas Järmyr, in de weer met meditatieve accenten, dansend cimbaalgeruis en een gestaag toenemende massa van accenten en geluid. Voor je het goed en wel besefte werd gepiekt met een vermorzelende intensiteit, met Järmyr die er op los roffelde en kletterde met een manische furie. Na twintig minuten sloeg het boeltje ei zo na aan het leviteren, maar de mooiste beweging moest dan nog komen, met prachtig harmonieuze ambienttexturen die in de tweede beweging met elkaar in dialoog gingen en gezelschap kregen van een repetitief ritme dat steeds luider, krachtiger en dwingender werd, en de drummer die zich opnieuw ontpopte tot een onvermoeibare tempobepaler. De relatief compacte set maakte van dit Yodok III-concert een toegankelijke, maar ook overrompelende ervaring, met een majestueuze grandeur die gekoppeld werd aan een fysieke, epische trance en een haast spirituele verhevenheid. Het soort concert dat je even ruimte en tijd deed vergeten en idealiter het laatste was voor je terug in de nacht verdween. Ook nu een vroeg hoogtepunt voor het concertseizoen.” ENOLA
“24/01/2019 (Stuk, Leuven B) Ondanks het feit dat YODOK III weinig optredens doet in België en ik grote fan ben, was ik niet geneigd om vanuit Kortrijk de verplaatsing te maken naar Leuven toen ik ergens in december de aankondiging zag passeren. Maar zoals de wijze Bredero ooit zei, het kan verkeren, en verkeren deed het. Tegen het einde van 2018 kwam er een Leuvense deerne op mijn pad, nota bene in Kortrijk, mijn thuisbasis, en sedertdien ben ik stilletjes aan aan het nestelen in Leuven waardoor ik toch naar deze Consouling presents in het STUK kon gaan zonder een grote ecologische voetafdruk na te laten. En met mijn lief. Het Zweeds-Noors-Belgisch trio, YODOK III, met Kristoffer Lo (tuba), Tomas Järmyr (drum) en Dirk Serries (gitaar) brengen keer op keer lang uitgesponnen composities die gaandeweg uitmonden in een melancholische staat van extase. Door hun combinatie van dronerock, vrije improvisatie en minimalisme bekomen ze een harmonieus maar vooral uniek geluid. Serries’ gitaargolven, Järmyr’ tempobepalend gedrum met een toenemende massa van accenten en geluiden en Lo’s elektronisch gepruts in combinatie met vervormde geluiden uit zijn flugabone, bijwijlen glaciale scenes oproepend, brachten de aanwezigen in een spirituele trance waarbij tijd en ruimte van geen belang meer waren. Episch en cd’tje in de pocket.” GONZO CIRCUS
“12/05/2018 (Molde Jazzfest, Molde, N) Dommedag ifølge Yodok III
Introduksjonen til konserten med det norsk-belgiske bandet Yodok III med danserne Fløen/Sanders/Strugstad i Teatret Vårt torsdag ettermiddag ble like godt foretatt utenfor lokalet, i trappa inn til salen. Og det var på mange måter like greit, for en introduksjon inne i salen ville ha forstyrret mye av lydeffektene som etter hvert preget denne utmerkede forestillingen. For det var en forestilling, og ingen ren konsert. I tillegg ble det en orgie i lys, som vi aldri har sett maken til på Moldejazz eller andre jazzfestivaler man har frekventert. Det åpner med knallharde trommer fra Tomas Järmyr, og vi tenker at det ikke er tilfeldig at han har overtatt trommestolen i Motorpsycho. Gitaren til belgiske Dirk Serries kommer truende smygende. Røyken omslutter de tre danserne som ligger i en haug på gulvet, og jeg tenker : DOMMEDAG!
De ligger på gulvet foran scenen sammen med fem sakkosekker, som de starter å rulle seg rundt med. Musikken bygger seg opp. Det er rock av heftigste merke, og jeg tenker at om Yodok III hadde spilt alene, ville de passet perfekt på Punkt-festivalen i Kristiansand. Lysdesignet skifter hele tiden, og er tredimensjonal. Lysdesigneren Ingrid Skanke Høsøien lager en stemning med lyset som gjør opplevelsen av dommedag komplett. Men nusikken alene blir kanskje litt stillestående. Det er tung elektronika, med Järmyrs trommer som hovedelement. Kristoffer Los eufonium og tuba kommer inn og legger et enda dystrere skjær over det hele, og Serries gitar hyler.
Men så vokser musikken. Jeg føler det langt inn i ryggmargen. Og man kan føle at planeten blir inntatt av utenomjordiske vesener og en horde ufoer. Vi er inne i Motorpsycho-avdelingen, når de trøkker mest på, og vi bare venter på eksplosjonen. Danserne beveger seg rastløst rundt foran scenen og prøver nærmest å komme seg unna lysene fra ufoene. Kristoffer Los tuba sender ut et “viktig melding, lytt til radio”-signal. Og så smeller det, og verden går i knas. Så blir det stille, men ikke lenge, men lenge nok til at vi som sitter “på utsiden” og betrakter dette scenariet får en mulighet til å trekke pusten.
Og plutselig kommer kavaleriet masjerende inn. Med Järmyrs trommemarsj får vi på mange måter et håp om at ikke alt har gått til helevete, og at det fremdeles finnes håp. En av danserne rører på seg, og reiser seg opp. Som var hun den eneste som hadde overlevd dommedag. Hun ser seg rundt, og ser at hun er alene, og danser vakkert rundt som på leting etter de andre, mulige jordboerne. Etter hvert utvikler musikken seg igjen, de andre musikerne kommer inn, og musikken vokser. Det finnes et håp langt der framme. De to andre danserne “våkner” og starter å bevege seg sakte rundt mellom lyskjeglene. Og det er som ufoene har trukket seg tilbake. De fant vel ut at denne kloden ikke var veldig spennend. Her er så underligt … Det er som om de har gjort poeten Sigbjørn Obstfelders ord til sine: “Jeg ser, jeg ser … Jeg er vist kommet på en feil klode!” Musikken vokser enda en gang, og danserne griper fatt i hver sin saccosekk som de sveiver rundt for å fjerne røyken fra ruinene som hele tiden strømmer ut over dem. Og verdensfreden er nok en gang i ferd med å brytes. Saccosekkene veives heftigere og heftigere rundt, som om danserne drev med trening i innendørs sleggekast, og vi på første rad følte oss på ingen måte trygge. Musikken bare vokser. Det blir heftigere og heftigere inne i de fantastiske lyskulissene vi har fått være en del av. Og vi tenker at vi får enda en dommedag. Men så roer det hele seg litt ned igjen, og vi glir sakte inn i slutten. Man kan oppleve denne forestillingen på mange forskjellige måter. Men det er liten tvil om at mye handler om politikk. Enten den versjonen jeg har valgt, med invasjon fra rommet, eller man kan tenke seg at det er en atomkrig som bryter ut. Og det er det som kanskje fascinerer mest med forestillingen. De fleste som var til stede har sin egen oppfattelse av hva man opplevde. Det er nesten som å lese en filmatisert bok, man danner seg sine egne bilder, og nesten alltid blir det en nedtur å se filmen. Her gikk vi rett inn i “filmen” som var skremmende, usigelig vakker, og tøffere enn Dovreekspressen i en vinterstorm. En fantastisk opplevelse, hvor heftig elektronika (eller støyrelatert dronemusikk), kombinert med flott dans, gjorde opplevelsen fullkommen!” FIREFLATE
“08/04/2018 (AB, Brussels B) Net zoals de voorbije twee jaar kreeg Consouling een avond carte blanche op het BRDCST-festival. Dit jaar kozen ze ervoor Dirk Serries in de bloemetjes te zetten. Het werd een avond waarop deze eigenwijze muzikant samen met verwante geesten zijn dertigjarige carrière vierde. De man maakt er geen geheim van: het project dat hem het nauwst aan het hart ligt, is Yodok III. Tomas Järmyr (drums) en Kristoffer Lo (flugabone, tuba, effecten) waren degenen die hem enkele jaren geleden uit z’n comfortzone sleurden, de weg van de improvisatie op joegen en samen met de dronemeester muziek spelen die even virtuoos als ongrijpbaar de werelden van drone, improvisatie en experiment verkent. Opvallend is opnieuw hoeveel ruimte de muzikanten elkaar gunnen, hoeveel tijd er genomen wordt om op te bouwen en hoe verdomd intens die concerten kunnen zijn. Het was Lo die zich aanvankelijk profileerde als gangmaker, met een ketting van motieven, melodieën en effecten op flugabone die afkomstig leken uit een veelkleurige onderwaterwereld met een desoriënterende verlatenheid. Järmyr tikte, ritselde en ruiste er op los, aanvankelijk met een schijnbare willekeur, maar ook met een steeds toenemende densiteit waarvoor de volledige drumkit ingeschakeld werd. Serries nam z’n tijd om de klanken stap voor stap te laten aanzwellen. Hij is niet de man die op een bepaald moment beslist om een versnelling hoger te schakelen door een keiharde distortion in te stampen – iets wat het voor rockliefhebbers wat moeilijk kan maken – maar is hier meer dan ooit een architect die minutieus opbouwt, toevoegt en bijvijlt. Het is ook muziek die vanuit een ogenschijnlijke willekeur opbouwt naar een toenemende samenhang. De gierende klankgolven van Lo, het zinderende EBow-werk van Serries, en Järmyr die zich begint af te jakkeren met razende, rollende basdrumslagen waarop de meest onwerkelijke patronen worden gelegd. Het ene moment met de koppigheid van de black metal, even later met de ontketende waanzin van een op hol gedraaid ritmebeest. Na de eerste climax verwachtte je een korte, ingetogen coda, waarvoor Serries de strijkstok hanteerde, maar gaandeweg werd duidelijk dat het trio gewoon bezig was aan zijn tweede monsterbeweging, en dat opnieuw gewerkt werd aan een gestaagd opborrelende lavastroom van geluid. Deze keer zo mogelijk nog intenser, met Järmyr die ook duidelijker verankerd was in de jazztraditie, en het geheel zowaar een opjuttende, tribale opwinding gaf. De blikken die daarbij uitgewisseld werden – van aanmoediging, van bewondering, van extase – spraken voor zich. Yodok III sloeg ei zo na aan het leviteren, barstte door genremuren met een grandioze finale die muzikanten én luisteraars afgepeigerd in de touwen achterliet. De reacties achteraf spraken boekdelen. Het was een indrukwekkende bekroning. Voor het tienjarige Consouling Sounds natuurlijk (proficiat!), maar ook voor een avond rond een figuur die veel te lang moest wachten op wat bredere erkenning. Het voordeel is dan weer dat Serries gaandeweg een eigen universum geschapen heeft, wars van trends of gemakzucht, wat in dit geval leidde tot een eigenzinnige keuze die afgerond werd met een hoogtepunt van formaat, want er staat voorlopig nog geen maat op Yodok III. En dat suggereert dan weer dat een carrière van meer dan drie decennia nog altijd garant kan staan voor avontuur en vitaliteit. Petje af.” ENOLA
“29/04/2017 (Handelsbeurs, Gent B) De bevrijding van Yodok III was daarna van een heel andere soort. Het drietal heeft in zijn bestaan nog niet zo heel veel concerten gespeeld (wat wil je ook, je kan een A4’tje vullen met een lijst van hun bands en projecten), maar die groeien wel steevast uit tot rituelen met een massieve impact. En als het trio enkele dagen eerder al indruk maakte in Antwerpen, dan gingen ze nu, mede geholpen door een ronduit fenomenale sound, nog een paar trapjes hoger schakelen. Zo’n ritueel begint doorgaans op fluisterniveau – met aanzwellend elektronisch gebrom, de zingende gitaareffecten van Dirk Serries en zacht geritsel van drummer Tomas Järmyr — maar waar je vervolgens belandt, en vooral hoe je daar geraakt, is elke keer weer afwachten. De bewerkte flugabone-golven van Kristoffer Lo vormden al snel een verweven ondergrond met het herkenbare, in effecten gehulde gitaarspel van Serries, dat aangevuld werd met het zachte cimbalenwerk van Järmyr — de joker van dienst — die brushes, finesse en behendigheid aanwendde om de muziek al helemaal een zachtjes sudderende, sacrale grandeur te bezorgen. Maar intussen weet je al dat het niet blijft bij het vakkundig stapelen van loops en patronen, maar dat het om een geduldige climaxwerking gaat waarbij de band soms tergend traag opschuift. Zo traag dat je je afvraagt of ze dat plafond nu al bereikt hebben, maar net dan schakelen ze dat trapje hoger. En dan gaat het boeltje aan de kook, nemen volume en densiteit toe, gaan golven van melancholie de strijd aan met een steeds dwingender stuwing. Jarmÿr pakte uit met een kort patroon, een combinatie van een galeienstoot en een doodssalvo, om dat vervolgens minutenlang aan te houden met een koppig beukende, repetitieve intensiteit. Maniakaal en verzengend, en dan begint hij er ook nog eens mee te variëren en er extra fills tussen te zwieren. Een hectische, elektrisch geladen performance die in combinatie met de steeds emotionelere kreten van tuba/flugabone en de texturen van Serries voor een ondraaglijke, withete spanning zorgde. Het einde mocht dan wel sereen en elegant zijn, Yodok III haalde uit met een verwoestende intensiteit die nog lang nazinderde.” ENOLA
“16/04/2016 (Roadburn Festival, 013, Tilburg NL) Sinds gitarist Dirk Serries door het Zweeds-Noorse duo Tomas Järmyr (drums) en Kristoffer Lo (tuba, flugabone) uitgenodigd werd naar Noorwegen, leverde het al een fraaie reeks concerten en een paar goed onthaalde releases op. De release van hun nieuwste album (deze keer bij, waar anders, Consouling Sounds), vorig jaar live opgenomen in thuisbasis Trondheim, viel samen met dit concert. En opnieuw werden verwachtingen meteen van tafel geveegd. Deze keer geen start op fluistervolume en geen verloop als een sinusgolf met een opwaartse beweging en een logische ontmanteling, maar meteen een krachtige energiestoot van noisy gitaargefriemel, dik aangezette effecten van Lo en, iets later, een sleutelrol voor de ontembare Järmyr, die ondanks een hels reisschema (een dag eerder zat hij nog in Brisbane, Australië) meteen zijn souplesse kon tentoonspreiden. Het was even wringen en stoten, maar ideaal om de geluidsbalans in geen tijd op punt te krijgen en het samenspel vervolgens naar iets vertrouwder terrein te sturen. Daarbij groeiden de muzikanten gestaag naar elkaar toe (iets waar zelfs een gebroken snaar niets aan kon veranderen), werd het soms onduidelijk waar tuba, gitaar en al die effecten in elkaar overliepen. De middelsectie was deze keer geen uitbarsting, maar een ingetogen verkenning vol kleine texturen die weliswaar niets inboette aan intensiteit. En dat dit wérkte, ook voor een publiek dat zo kon opdraven in een Europese Sons Of Anarchy, onderstreept dan weer de brede kijk van festival én publiek. Je kon een speld, een kruimel, horen vallen tijdens de stilste passages. Al zal het, eerlijk is eerlijk, die machtige finale zijn die het langst nazindert, door die massieve collectieve geluidsspiraal en een ontketende drummer die — compleet met razende basdrums — het boeltje voor zich uit bleef stuwen. Half vier ’s middags, en we hadden er al een knoert van een hoogtepunt opzitten.” ENOLA
“16/04/2016 (Roadburn Festival, 013, Tilburg NL) In de kleine zaal van 013 opent misschien wel het meest bijzondere gezelschap de Roadburn-zaterdag. Yodok III bestaat uit de Zweedse, maar vanuit Noorwegen opererende drummer Tomas Järmyr, de Belgische gitarist Dirk Serries en de Noorse koperblazer Kristoffer Lo. De tuba en de flugabone zijn instrumenten die niet vaak op Roadburn te bewonderen zullen zijn, maar dat is wat Kristoffer Lo speelt. De klanken van die instrumenten worden wel voorzien van zoveel elektronische effecten dat je luisterend met de ogen dicht niet zou zeggen met blaasinstrumenten te maken te hebben. Yodok III brengt één lang stuk van drie kwartier dat meestentijds zindert van de ingehouden spanning. Serries en Lo zorgen met langgerekte tonen voor drone- en ambientklanken die door Järmyr worden voorzien van inventieve trom- en bekkenslagen. Langzaam wordt naar een climax toegewerkt. De eerste ontlading volgt na ongeveer tien minuten, waarna gespannen elektronische klanken lange tijd het sfeerbeeld bepalen. Naar de tweede climax wordt tergend langzaam toegespeeld. Serries bespeelt zijn gitaar met een strijkstok, Järmyr gaat staan om louter zijn bekkens te beroeren en Lo tovert al zittend elektronische klanken tevoorschijn en blaast op zijn flugabone en later op zijn tuba. De spanning neemt langzaam toe en ontlaadt zich pas in de laatste paar minuten in een fantastische apotheose. Voor Opduvel het hoogtepunt van het hele festival. Ja, Neurosis meegeteld.” OPDUVEL
“16/04/2016 (Roadburn Festival, 013, Tilburg NL) Yodok III bestaat uit Dirk Serries, Kristoffer Lo en Tomas Järmyr. Met drums, gitaar en blazers bouwt het trio een spannende set op die geleidelijk van geluidskleur verandert. Abstract gitaarspel en jazzy drumpartijen gaan over in een minimaal drone-landschap waarin de drums gaandeweg wegsterven. Lo’s koperblazers kleuren daarbij de ambient sfeervol in. Tijdens de opbouw van de finale neemt het volume toe en wordt de percussie weerom opgedreven.” KINDAMUZIK
“08/06/2014 (Magasin4, Brussels B) Voor klassieke jazzliefhebbers zal het toch even schrikken zijn, wanneer ze ‘Yodok III’ op de platenspeler leggen. De plaat heeft namelijk meer van doen met wat een luisteraar kan verwachten van Tonefloat dan met een label als pakweg Blue Note. Helemaal verrassend is dat natuurlijk niet, met Tonefloat-baas en gitarist Dirk Serries in de groep. Zijn komst maakte van Yodok, oorspronkelijk een duo van de Noorse drummer Tomas Järmyr en zijn landgenoot Kristoffer Lo tuba en flugabonespeler, een trio. Dat de plaat op Tonefloat bovendien de derde release van Yodok is, was met het oog op de naam van de groep en de plaat, mooi meegenomen. Na een optreden in Gentse Kinky Star de dag voordien, was het concert in Brussel het tweede op Belgische bodem en meteen het eerste in een wat grotere zaal. Daar maakten de drie muzikanten graag gebruik van door het volume maximaal op te drijven. Althans naar het einde van de stukken, want naar goede gewoonte zette Yodok III heel wat meer bescheiden in. Zeker voor het eerste stuk dat een toonbeeld werd van fijne gelaagdheid, waarbij stukje bij beetje lijntjes werden toegevoegd. Wanneer dat exact gebeurde, daar had een alleen luisterende bezoeker het raden naar. Vaststellen dat er iets was bijgekomen, dat ging nog, maar detecteren wanneer het exact gebeurd was, dat bleek andere koek. Verantwoordelijk voor deze heerlijke verwarring was de manier waarop het geluid van de gitaar natuurlijk gemengd werd met dat van de flugabone (een grote trompet met het bereik van een euphonium of een trombone). Nochtans speelden Serries en Lo niet meteen in hetzelfde vaarwater. Waar de eerste zorgde voor kort herhaalde klanken, etherisch zwevende lijnen of melodieën die zo uit de falset van Deep Purple’s Ian Gillan leken te komen, koos de tweede voor uit de diepte galmende klanken, alsof Neptunus in hoogsteigen persoon geluidsignalen vanuit Atlantis naar de oppervlakte stuurde. De combinatie van de verschillende technieken en klankkwaliteiten werkte echter verrassend goed en zorgde voor een rijk geschakeerd en vibrerend geluid dat met het toevoegen van nieuwe lagen steeds maar aan dimensies bleef winnen. Achter dit ondoordringbare sonore mistgordijn rolde Tomas Järmyr aan en af met holle tromklanken en zacht glinsterende cimbalen. Ook hij vond perfect zijn plaats in het geheel, waardoor het geluid van de drie, hoe breed het ook uitgewerkt werd, heel compact bleef. Het was pas toen Järmyr in laatste instantie nog een versnelling hoger schakelde dat de klank alle reserves liet varen. De laatste push vanuit de drums was voor Serries en Lo het signaal om de remmen los te gooien, maar opmerkelijk genoeg bleef de detailwerking in het geluid daarbij bewaard. De kleurenpracht, als van een uitbarstende vulkaan, werd geen eenvoudig tripje richting het rood van de installatie, al was het maar omdat de muzikanten daar al lang inzaten. De eruptie leek zich eerder in vertraging af te spelen, waardoor de luisteraars de kans kregen om alle facetten van de klank te laten doordingen tot na een versobering alleen nog de as van de uitbarsting overbleef. Vanuit dit terugtrekken werd het tweede stuk van de set ingezet dat aanvankelijk gekleurd werd door de vrij in de zaal rondzwevende harmonische reeks van Serries. Net als voorheen kwam Lo er boven en tussen drijven, waarbij hij aanvankelijk ook voor een meer melodische benadering koos. Die liep echter schijnbaar los van Serries’ akkoorden, waardoor het onvatbare van het eerste stuk bewaard werd, ook toen Lo uiteindelijk koos voor lang aangehouden stoombootklanken. Die lieten op hun beurt de muziek bevriezen, maar zonder dat het statische de details teniet deed. De harmonische rijkdom van het eerste stuk mocht dan ver weg zijn, de over en door elkaar schuivende klanklagen hielden de muziek op een heel eigen manier levend en beweeglijk. Net als een twintigtal minuten eerder was het nu ook weer aan Järmyr om het signaal tot de aanval te geven en opnieuw stuwde hij het geluid naar een hoogtepunt zonder er zelf uit te breken. Het resultaat was een grote, donerende klankmassa waar geen boven- of onderkant meer aan te onderscheiden was en die Serries er toe dreef van zijn vertrouwde, comfortabele krukje te komen en wandelend het podium te verkennen. Van veel rockpose was echter geen sprake en van de boel aan flarden spelen al evenmin. (Hoe had hij dat ook moeten doen met het geweld van Lo en Järmyr in de rug?) De intensiteit werd er gelukkig niet minder om. Dat die bovendien nog eens gecombineerd werd met een aanzienlijke auditieve rijkdom, zegt veel, zoniet alles, over de prioriteiten en kwaliteiten van Yodok III.” KWADRATUUR